Verdiepingskring

Zo’n 6 jaar nu komt een groepje mensen uit deze gemeente (die deels elkaar al vrij lang kennen) maandelijks bij elkaar om zich te verdiepen in (tot nu toe vooral Joodse) godsdienstfilosofie. In de loop der jaren kwamen er ook enkele mensen van buiten de gemeente bij, die een gedeeld enthousiasme voor de thema’s hebben. Besproken werden tot nu toe: Martin Buber, Marc-Alain Ouaknin, Jonathan Sacks en Victor Frankl.
Zie de titels onderaan.

De eerstvolgende bijeenkomst is op donderdag 2 mei, 20.00 uur. We gaan dan verder met het lezen van het filosofisch hoofdwerk van Martin Buber: ‘Ich und Du‘. Deze keer behandelen we het hele eerste deel van het boek: tot en met pagina 43 (in de nieuwe vertaling: Ik en Gij) dan wel tot en met pagina 38 (in de oudere vertaling: Ik en Gij).
Maar er zijn van dit werk zelfs drie vertalingen. Twee daarvan zijn per mail rondgestuurd aan de deelnemers: die uit 1959, van I.J. van Houten, getiteld ‘Ik en Gij‘ en die van Marianne Storm uit 1998, met als titel: ‘Ik en Jij‘. Zij baseerde zich daarbij sterk op een eerdere herziening van die uit 1959, nl de vertaling door Kees Waaijman die hij inbedde in zijn dissertatie ‘De Mystiek van Ich und Du’ uit 1990. Marcel Poorthuis geeft een beoordeling van Storms vertaling in verhouding tot die van Waaijman en van de eerste uit 1959. Zie verder op deze pagina een link naar diens artikel of klik HIER.

Interessant is ook een gedachte van de filosoof Stephan Grätzel, die in Philosophie Magazin van 25-7-2023 een vergelijking trekt tussen Ich und Du en het iets vóór de 1e druk van 1923 verschenen werk van Ludwig Wittgenstein: Tractatus Logico Philosophicus. Lees HIER de Nederlandse samenvatting van zijn opmerking.

Zie onderaan de omslagen van behandelde boeken van de schrijvers tot dusver: “De weg van de mens volgens de chassidische leer” van Martin Buber; over Marc-Alain Ouaknin: “De Joodse gids voor deze tijd“; van hem: “De tien geboden” plus: een TV-interview met Ouaknin, daarna “Een gebroken wereld heel maken” van Jonathan Sacks en laatstelijk: “De zin van het bestaan” van Victor Frankl.